Michaïl Lermontov wordt algemeen beschouwd als de tweede grote dichter – naast Alexander Poesjkin – uit de ‘Gouden Eeuw’ van Russische poëzie. Naar aanleiding van zijn gedicht De dood van de dichter, waarin Lermontov zijn verontwaardiging tot uitdrukking brengt nadat Poesjkin door een duel om het leven is gekomen, werd hij begin 1837 voor de eerste keer verbannen naar de Kaukasus. In 1840 werd hij opnieuw ‘uitgezonden’ naar de Kaukasische bergen. In de zomer van 1841 stierf Lermontov daar, terwijl hij op de terugweg was van verlof, eveneens ten gevolge van een duel.
Veel van zijn mooiste gedichten schreef Lermontov in, dan wel over de Kaukasus – men zou haast kunnen spreken van een opzichzelfstaand oeuvre. Voor deze bundel maakte Nina Targan Mouravi een uitgebreide selectie. Uiteraard is ook Lermontovs ultieme Kaukasusgedicht opgenomen: Mtsyri, over een jonge Tsjetsjeen die het klooster ontvlucht om naar zijn geboortedorp terug te keren.